1 Korinthe 10:1-14

SV

1En ik wil niet, broeders, dat gij onwetende zijt, dat onze vaders allen onder de wolk waren, en allen door de zee doorgegaan zijn;
2En allen in Mozes gedoopt zijn in de wolk en in de zee;
3En allen dezelfde geestelijke spijs gegeten hebben;
4En allen denzelfden geestelijken drank gedronken hebben; want zij dronken uit de geestelijke steenrots, die volgde; en de steenrots was Christus.
5Maar in het meerder deel van hen heeft God geen welgevallen gehad; want zij zijn in de woestijn ter nedergeslagen.
6En deze dingen zijn geschied ons tot voorbeelden, opdat wij geen lust tot het kwaad zouden hebben, gelijkerwijs als zij lust gehad hebben.
7En wordt geen afgodendienaars, gelijkerwijs als sommigen van hen, gelijk geschreven staat: Het volk zat neder om te eten, en om te drinken, en zij stonden op om te spelen.
8En laat ons niet hoereren, gelijk sommigen van hen gehoereerd hebben, en er vielen op een dag drie en twintig duizend.
9En laat ons Christus niet verzoeken, gelijk ook sommigen van hen verzocht hebben, en werden van de slagen vernield.
10En murmureert niet, gelijk ook sommigen van hen gemurmureerd hebben, en werden vernield van den verderver.
11En deze dingen alle zijn hunlieden overkomen tot voorbeelden; en zijn beschreven tot waarschuwing van ons, op dewelke de einden der eeuwen gekomen zijn.
12Zo dan, die meent te staan, zie toe, dat hij niet valle.
13Ulieden heeft geen verzoeking bevangen dan menselijke; doch God is getrouw, Die u niet zal laten verzocht worden boven hetgeen gij vermoogt; maar Hij zal met de verzoeking ook de uitkomst geven, opdat gij ze kunt verdragen.
14Daarom, mijn geliefden, vliedt van den afgodendienst.

KJV

1Moreover, brethren, I would not that ye should be ignorant, how that all our fathers were under the cloud, and all passed through the sea;
2And were all baptized unto Moses in the cloud and in the sea;
3And did all eat the same spiritual meat;
4And did all drink the same spiritual drink: for they drank of that spiritual Rock that followed them: and that Rock was Christ.
5But with many of them God was not well pleased: for they were overthrown in the wilderness.
6Now these things were our examples, to the intent we should not lust after evil things, as they also lusted.
7Neither be ye idolaters, as were some of them; as it is written, The people sat down to eat and drink, and rose up to play.
8Neither let us commit fornication, as some of them committed, and fell in one day three and twenty thousand.
9Neither let us tempt Christ, as some of them also tempted, and were destroyed of serpents.
10Neither murmur ye, as some of them also murmured, and were destroyed of the destroyer.
11Now all these things happened unto them for ensamples: and they are written for our admonition, upon whom the ends of the world are come.
12Wherefore let him that thinketh he standeth take heed lest he fall.
13There hath no temptation taken you but such as is common to man: but God is faithful, who will not suffer you to be tempted above that ye are able; but will with the temptation also make a way to escape, that ye may be able to bear it.
14Wherefore, my dearly beloved, flee from idolatry.
Helaas geen NBV vertaling meer. Binnen de huidige voorwaarden van het Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap is dit momenteel niet toegestaan.

Suggesties voor alternatieven zijn welkom via het feedback formulier.