SV
2Indien gij maar gehoord hebt van de bedeling der genade Gods, die mij gegeven is aan u;
3Dat Hij mij door openbaring heeft bekend gemaakt deze verborgenheid, (gelijk ik met weinige woorden te voren geschreven heb;
4Waaraan gij, dit lezende, kunt bemerken mijn wetenschap, in deze verborgenheid van Christus),
5Welke in andere eeuwen den kinderen der mensen niet is bekend gemaakt, gelijk zij nu is geopenbaard aan Zijn heilige apostelen en profeten, door den Geest;
Deze bijbeltekst is ontleend aan aan de Staten Vertaling van 1637